Waar zijn de Katwijkers met schulden? Voorzitter Aad van der Hout van hulpverleningsorganisatie Grip op de Knip weet dat ze er zijn, maar de meesten houden zich schuil.
Van der Hout beschouwt het als een uitdaging om ze te vinden. “Het enige wat ik kan bedenken dat ze zich schamen om aan de bel te trekken.” In Katwijk zijn 24.000 huishoudens. Daarvan zit twaalf procent in een risicocategorie. Dat houdt in dat grofweg tussen de 2500 en 3000 ‘wooneenheden’ in de schulden dreigen te raken of daar al in zitten.
Van der Hout: “Vorig jaar meldden zich 108 hulpvragers bij ons. Als ik daar de 150 bij optel die bij de gemeente Katwijk helpt, kom ik tot de conclusie dat er veel mensen met een schuldenlast kampen die we niet bereiken.”
Grip op de Knip wil die groep graag helpen. Van der Hout: “We doen er van alles aan om zichtbaar te zijn. In de gedrukte media, fysiek en digitaal. Maar de Katwijkers laten zich moeilijk vangen. Het inloopspreekuur, dat we vorig jaar elke maandag hielden, werd niet bezocht en de zoekactie via Google leverde niets op. Met beide initiatieven zijn we gestopt.”
Van der Hout vindt dat de hulp van de overheid beter kan. “Hoogleraar en voormalig staatssecretaris Roel in ’t Veld heeft onderzocht dat digibeten en laag geletterden tegen een muur oplopen bij het invullen van formulieren voor bijvoorbeeld subsidies en toeslagen. Dat komt omdat de menselijke hand ontbreekt. Een computer zet iemand neer als een fraudeur als een formulier verkeerd is ingevuld.”
Dat kan beter, vindt Van der Hout. “Ik zeg er gelijk bij dat wij in Katwijk niet hebben te klagen. De wethouder probeert altijd te helpen bij problemen. Het is wel verontrustend dat Katwijk op de ranglijst van gemeenten met inwoners die met schulden te maken hebben in 2016 27 plaatsen is gestegen, van 158 naar 131.”
Ondanks de drempelvrees en schaamte nam het aantal hulpvragers in Katwijk met vijftig procent toe, zo blijkt uit de jaarcijfers van 2016. “De Katwijkers weten ons op een andere manier te vinden, via publicaties in de lokale bladen en mond tot mond-reclame.” Van der Hout had liever gezien dat zich meer Katwijkers hadden gemeld. “Omdat het belangrijk is de mensen in een vroegtijdig stadium te helpen.”
De hulpvragers die afgelopen jaren terzijde werden gestaan door de speciaal opgeleide vrijwilligers (maatjes) werden in negentig procent van de gevallen succesvol geholpen. “We hadden eind 2016 dertig maatjes. Door de toename van hulpvragers hadden we er meer nodig. Een wervingsactie had succes en na een opleiding zijn de meesten nu actief.”
Die speciale cursussen kosten geld. Grip kan dat door de giften van geldschieters betalen. “De gezamenlijke kerken, oprichters van Grip in Katwijk steunen ons vanaf de oprichting. Daar zijn we verguld mee, net als de bijdragen van de gemeente, Dunavie en de Rabobank Leiden/Katwijk. Het maakt het werken makkelijker. Ik zie de toekomst positief in. Het ideaalbeeld is dat Grip niet meer nodig is in de samenleving, maar ik besef dat dit een utopie is.”