Gemeente Katwijk past laadbeleid aan op basis van gebruiksdata

De gemeente Katwijk past haar beleid rond laadplekken aan, nu blijkt dat niet alle elektrische laadpalen even intensief worden gebruikt.

De afgelopen jaren plaatste de gemeente op veel locaties laadpalen, maar sommige blijven grotendeels ongebruikt. Volgens wethouder Gerard Mostert zorgt dat voor onnodig verlies aan parkeerruimte. ‘We zien dat een aantal plekken eigenlijk niet zo goed gebruikt wordt. Daarom werken we nu datagestuurd: we kijken in onze systemen hoe vaak er daadwerkelijk wordt opgeladen,’ zegt hij.

Proef in Rijnsburg
Aan de Lupine in Rijnsburg is de eerste proeflocatie aangepast. De laadpaal blijft staan, maar het bijbehorende parkeervak is vrijgegeven voor alle voertuigen. ‘Het is nog steeds een plek waar je kunt opladen,’ legt Mostert uit. ‘Maar je mag er ook staan met een benzine- of dieselauto. Dat helpt bewoners die thuiskomen in een volle straat, terwijl laadplekken leeg blijven.’

De gemeente gebruikt de nieuwe gebruiksdata om beter af te wegen waar laadplekken nodig zijn. ‘Dat kon de afgelopen jaren niet, omdat we die cijfers niet hadden. Nu wel, en daar maken we gebruik van,’ aldus Mostert.

Balans tussen laden en parkeren
Volgens de wethouder wil de gemeente voorkomen dat elektrisch rijden ten koste gaat van andere automobilisten. ‘We zien dat elektrische auto’s terrein winnen. Daar moeten we op inspelen, maar zonder dat mensen met een gewone auto nergens meer terechtkunnen.’

Reacties en vervolg
De aanpassing volgt op kritiek op de plankaart voor laadpalen, waarop bewoners vreesden voor een overschot aan palen. Mostert benadrukt dat locaties slechts indicatief zijn en dat uitbreiding alleen plaatsvindt bij bewezen behoefte. Bewoners kunnen via de fixi-app zelf meldingen doen over lege of drukbezette palen. De gemeente combineert die signalen met data om gericht beleid te voeren.

Reclame