Het markante gebouw van de Christelijke Opleidingsschool is door de gemeenteraad definitief erkend als gemeentelijk monument. Voor het CDA was daarbij de insteek dat er ín het gebouw ruimte komt voor onderwijsvernieuwing. CDA-erfgoedwoordvoerder Irene van der Plas: “De monumentenstatus moet geen zwaar juk zijn en gesteggel over elke spijker is onwenselijk. Aanpassingen in het schoolgebouw zoals aan de trap zijn noodzakelijk om ruimte voor flexibiliteit, openheid en leerpleinen in het schoolgebouw te creëren. De kinderen van nu én de toekomst hebben recht op een moderne frisse school.”
Geen sloop
Sloop van de Opleidingsschool, qua architectuur een voorbeeld van de Wederopbouw uit de jaren vijftig, was voor het CDA geen optie is. “Er is al te veel in Katwijk afgebroken, gedwongen in de oorlog maar ook vrijwillig daarna. Een gebouw als dit is niet alleen van waarde vanwege het historisch karakter, maar het bepaalt mede de identiteit van onze gemeente en haar inwoners. De school, zijn geschiedenis en de verhalen die erbij horen willen wij behouden voor de generaties na ons”, verwoordde Irene van der Plas.
Voorgevel
Het amendement om alleen de voorgevel van de school te behouden, kreeg onvoldoende steun. Ook de binnenkant (zoals de hallenstructuur) is monumentwaardig en onderzoek wijst uit dat er na bouwkundige ingrepen prima modern onderwijs gegeven kan worden in dit monument. Geen erkenning van het monumentwaardige interieur betekent bovendien dat de erfgoedpartijen naar de rechter stappen. “Dit levert veel vertraging op en daar zit niemand op te wachten”, meent het CDA. Er is vertrouwen dat het college stuurt op ruimte voor onderwijsvernieuwing en hierin, zo nodig, een eigen afweging maakt.
Gezamenlijk ontwerp
Het CDA riep alle partijen op om nu gezamenlijk het ontwerpproces in te gaan: met elkaar de ruimte vinden, onderling begrip kweken en samen kijken hoe er optimaal van dit monument gebruik kan worden gemaakt. “Met een groot open oog voor de onderwijsfunctie en het gebruik”, benadrukte Van der Plas nogmaals. “Aan een onbruikbaar monument heeft niemand iets, het moet leven. Hoe goed zou het zijn als hier verder geen rechtbank aan te pas hoeft te komen en we straks met z’n allen naar een monumentale, moderne COS kunnen kijken waar iedereen in Katwijk trots op is.”