Ingezonden: CDA Zuid-Holland.
Het CDA Zuid-Holland vindt dat de kitesurfers van Airtime in Katwijk nu al veel te lang in onzekerheid worden gehouden of hun clubhuis permanent op het strand mag staan. De vereniging lijkt de dupe te worden van een jarenlange juridische strijd tussen de gemeente Katwijk en de provincie Zuid-Holland over de vraag wat er wel en niet mag op deze locatie, die de status heeft van Natuurnetwerk Nederland. Al sinds 15 oktober 2020, toen de provincie Zuid-Holland besloot bezwaar in te dienen tegen de door de gemeente Katwijk verleende omgevingsvergunning, loopt deze zaak.
De huidige vergunning van kitesurfvereniging Airtime voor het hebben van een clubhuis op het strand is niet geldig tussen 1 november en 1 februari. De vereniging wil graag dat hun clubhuis op het noordelijke deel van het Katwijkse strand het hele jaar mag blijven staan omdat hun leden niet alleen in de zomer maar ook de rest van het jaar kitesurfen. Het bouwplan voor een permanente locatie werd getoetst aan de Wet Natuurbescherming en leverde geen bezwaar op. Daarop verleende de gemeente een vergunning. De provincie vindt echter dat deze bebouwing wel degelijk effect zal hebben op de natuur en verzet zich tegen een permanent clubhuis.
De provincie wijst onder andere op het verdwijnen van de rust en de openheid. Een permanent gebouw is echter nauwelijks groter dan het tijdelijke gebouw. Ook stelt de provincie dat er in de winterperiode niet of nauwelijks wordt gesurft. Dit klopt niet want juist in die periode zoeken veel kitesurfers het water op vanwege de uitdagende wind. Het dan beschikbaar zijn van een clubhuis draagt ook bij aan de veiligheid van de surfers.
Volgens woordvoerder Bas van der Linden is nogal wat aan te merken op hoe deze zaak tot nog toe is verlopen. De communicatie tussen de vereniging Airtime, de gemeente Katwijk en de provincie Zuid-Holland had in ieder geval veel beter gekund. Bas van der Linden: “Ook vind ik het op basis van het natuurargument een vreemde redenering van de provincie dat het clubhuis er negen maanden per jaar, inclusief het broedseizoen, wel mag staan maar tijdens de drie wintermaanden niet.
