Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) heeft aan vier bedrijven een opsporingsvergunning voor aardwarmte afgegeven binnen de regio Holland Rijnland. Aardwarmte is duurzame warmte uit de bodem waarmee woningen en bedrijven verwarmd kunnen worden. Met één aardwarmtebron kunnen zo’n 5000 woningen verwarmd worden. De aankomende jaren onderzoeken de vier bedrijven in samenwerking met gemeenten en de provincie de potentie van aardwarmte in de regio.
Begin vorig jaar hebben meerdere bedrijven aanvragen ingediend bij het ministerie van EZK. Elke aanvraag was voor het onderzoeken naar de potentie van aardwarmte in regio Holland Rijnland. Deze aanvragen zijn door meerdere instanties beoordeeld op de voorgenomen wijze om aardwarmte op te wekken. In deze beoordeling staan veilige, verantwoorde en efficiënte aardwarmte opsporing en productie centraal. De provincie Zuid-Holland heeft ook advies gevraagd aan het Hoogheemraadschap van Rijnland, drinkwaterbedrijf Dunea en de gemeenten in de regio. Gemeente Katwijk heeft, samen met andere gemeenten in de regio, de provincie Zuid-Holland geadviseerd over veiligheidsaspecten en regels om nadelige gevolgen voor het milieu te borgen. Het advies bestond ook uit het betrekken van de omgeving bij projecten. Op basis van deze adviezen heeft het ministerie van EZK de opsporingsvergunningen verleend aan Shell en D4, Eavor, Wayland en Yeager.
Het proces
Voordat er daadwerkelijk gebruik gemaakt zal worden van aardwarmte zijn er nog heel wat stappen te doorlopen. De vier partijen zullen starten met een uitgebreid onderzoek naar de ondergrond en de haalbaarheid van aardwarmte op specifieke locaties. Tijdens en na het onderzoek zullen de partijen in gesprek zijn met de gemeente, provincie, ministerie en waterschappen. Samen komen ze tot geschikte locaties waar een aardwarmte-installatie geplaats zou kunnen worden. Voor de bouw van een installatie moet er ook een bestemmingsplan en omgevingsvergunning zijn. Hierin staan veiligheids-, milieu- en omgevingsaspecten centraal. Bij het vaststellen van een bestemmingsplan en het afgeven van een omgevingsvergunning hebben bewoners altijd inspraak. De aanleg van een aardwarmte-installatie is alleen mogelijk als de ondergrond hiervoor geschikt is, de veiligheid gegarandeerd kan worden en als aardwarmte past in de plannen van de gemeente. Vanaf de eerste onderzoeken gaan meestal enkele jaren voorbij voordat er een boortoren voor aardwarmte wordt gebouwd.
Warmtevisie 2022-2026
In 2030 wil de Nederlandse overheid de CO2-uitstoot met de helft verminderen ten opzichte van 1990. In 2050 moet dat 95% minder zijn. Om te verduurzamen is het nodig dat inwoners en bedrijven minder energie gebruiken door bijvoorbeeld beter te isoleren en meer duurzame warmte te gebruiken voor verwarming in plaats van aardgas. In de gemeente Katwijk is ongeveer de helft van de energievraag een warmtevraag, waarvan zo’n 85% voor de verwarming van huizen en bedrijven. De gemeentelijke warmtevisie, die in het najaar in de gemeenteraad wordt behandeld, geeft aan dat het wenselijk is om een deel van de woningen aan te sluiten op een warmtenet. Dit geldt voor woningen waar een warmtenet het meest voordelige alternatief voor aardgas zal zijn. Aardwarmte kan zulke warmtenetten op regionale schaal voeden. Zo kunnen huizen en gebouwen in de regio duurzame aardwarmte op betaalbare wijze gebruiken voor verwarming in plaats van aardgas. Binnenkort zal er meer informatie over aardwarmte en de warmtetransitie vanuit de gemeenten en de regio gedeeld worden. Omwonenden en andere belanghebbenden hebben op verschillende momenten de mogelijkheid om hun mening over het aardwarmte-initiatief kenbaar te maken. Ook kunnen bewoners en bedrijven bij de vergunningen die hierna nog nodig zijn, zoals de omgevingsvergunning, reacties geven en zelfs bezwaar maken.